Hier weer een lezenswaardig en leuk verslag door onze bekroonde reporter Patrick.
“7h30 op de WA Vultostraat verzamelen”; zet ik in de groepsapp. Ik wil ruim op tijd op de boot zijn. Ik ben al 4 weken niet aan boord geweest en ik weet dus niet hoe ze erbij ligt na de stormen van afgelopen maand. Ik verwachte niks ernstig, dan had ik het wel gehoord van de havenmeester. Toch, je weet maar nooit.
Wat extra tijd is ook fijn omdat we met 3 invallers varen. Alleen Stef en ik behoren tot de kernploeg. Met de kernploeg van 6 man is de boot zo opgetuigd. Iedereen kent zijn taak. Er zijn geen instructies nodig, laat staan dat we in detail de manoeuvres en handelingen moeten doornemen.
Bovendien, als je zondag om 7h30 met drie man afspreekt, dan is er altijd wel iemand te laat. Zo ook vandaag, we zitten pas iets voor acht uur in de auto.
Het is super gezellig, ik heb Bart al lang niet gesproken. JP en Bart zijn oude huisgenoten en hebben elkaar ook al lang niet meer gesproken. Er is genoeg gesprekstof, we kletsen, lachen en discussiëren, voor ik het weet mis ik de afslag bij Gouda. We laten Rotterdam dan maar links liggen en gaan via Den Haag.
JP heeft totaal geen zeilervaring, hij heeft een keer eerder met ons meegevaren en toert wel eens met Stef over de Vinkeveenseplassen. Bart was altijd onze vaste invaller. Hij heeft echter minstens een jaar, niet of nauwelijks meegevaren en als hij mee voer dan, meestal samen met een van onze ervaren voordekkers. Nu moet hij de leiding op het voordek nemen en JP.
Paul heeft dit jaar 2 keer eerder meegevaren. Hij was mastman onder leiding van Hans of Jeroen. Gelukkig is Paul wel een ervaren toerzeiler. Wedstrijdzeilen is echter een totaal andere tak van sport. Gelukkig is hij erg enthousiat over het wedstrijdzeilen; “ik ben zoveel aan het bijleren, dit is zo anders dan met een groep toeristen in Griekenland flottielje varen”. Ik herken dit, toen ik mijn eerste wedstrijdjes voer wist ik niet wat me overkwam. Ik werd links en rechts ingehaald door schepen die eigenlijk veel langzamer dan mij moesten zijn. De afgelopen 7 jaar heb ik veel bijgeleerd in de wedstrijdjes op de woensdagavond, in de Grevelingencup en de sporadische regatta. Ik heb het geluk om al jaren met een vast team te varen. Niemand van ons had veel zeilervaring en al helemaal geen wedstrijdervaring. Als team hebben we allemaal enorme stappen gemaakt. Vandaag werd me dit nog eens heel duidelijk gemaakt. Het is een competitieve sport en geen gezelligheidstocht.
Er staat weinig wind, 6 tot 8 knopen als we na uitgebreide instructies het water opgaan. We hebben nog even tijd om wat te oefenen. Een paar keer overstag, Spi hijsen en bergen en wellicht een paar keer gijpen. Even inslingeren voordat het echte werk begint.
We hijsen de Spi en het gaat meteen al fout, de Spi-val zit om de genua-val, Spi weer laten vallen en het nog eens proberen. Weer gaat het fout, de Spi komt in een zandloper. De voordekkers weten niet hoe ze het kunnen oplossen. Weer laten we alles zakken. Ik ga naar voren en help de Spi weer goed door het voorluik te draperen. Dit kost allemaal te veel tijd. We hebben geen tijd om het nog eens correct te oefenen, laat staan om een paar keer te gijpen. We doen nog snel een paar overstag manoeuvres en 10 min voor onze start pakken we even rust. Er wordt gegeten, gedronken en er worden nog snel wat handelingen door genomen. Iedereen heeft er zin in en ik, ik ben ben een beetje bezorgt.
Papa up. Het vier minutensein wordt gegeven. We zetten de fok erbij en iedereen neemt zijn startpositie op de boot in. Plan A: hoog bij het startschip starten. Desnoods iets achter de meute aan maar, wel vol gas en dan meteen overstag voor vrije wind. Plan B: gat aan lijzijde creëren om snelheid te kunnen pakken en improviseren.
3 minuten, het is druk bij het startschip iedereen wil hier starten. Ik kan geen goede positie vinden voor plan A. Dus plan B is van kracht. We raken in gevecht met Dolce Vita. Ze loeft op, ik wil eigenlijk niet mee loeven, ze is sneller en kan hoger varen. Ik probeer te remmen en naar haar lijzijde te gaan om hier het gewenste gat te kunnen creëren. Ze verdedigt, ik rem nog meer, loef op en val dan snel en hard af om toch aan haar lijzijde te komen. Er is een gat van twee bootlengtes tot de Zarafa. De Jai Allai komt over stuurboord en gaat overstag boeven de Zarafa. 1 minuut, we naderen de lijn erg snel, iets oploeven en remmen, 45 seconden, het is uitkijken dat we niet te vroeg zijn. We liggen nog maar enkele bootlengtes van de lijn maar kunnen deze niet zien omdat aan lij en loef enkele boten net ietsje verder liggen en ik heb nog iets ruimte om af te vallen. Prima, dit gaat goed. 20 seconde, ik val iets af, maak snelheid, 10 seconde, iets omhoog en in het startschot zeilen we over de lijn. Of zijn we toch te vroeg. Ik hoor verschillende zeilnummers die worden teruggeroepen. Volgens mij zijn wij goed gestart. Heel goed gestart. Super gestart we liggen bij de eerste drie.
We varen een redelijk rak. De overstag manoeuvres zijn wat slordig waardoor we bij de bovenboei toch veel terrein hebben verloren. Rinke weet net voor de spreader over stuurboord voor ons te draaien. Jammer het was best leuk geweest om een keer voor hem een boei te ronden. Terwijl ik op zijn hek zit valt hij af richting bovenboei. Hij pakt heel gemakkelijk en snel een bootlengte afstand. Het verschil in acceleratie is enorm. Bij de bovenboei gaat de Spi omhoog. Natuurlijk gaat dit niet zo snel als normaal en het duurt ook even voordat we de Spi vol hebben. Het is druk en onrustig aan boord. Ik ben niet geconcentreerd aan het sturen, veel te veel bezig met het voordek en anderen zaken. Ik stuur te veel binnen de wind, of is er een windshift. “Pas op gijp, laag blijven”, kan ik nog net roepen. De giek komt snel en hard over. Niks aan de hand, gelukkig… iedereen zat laag of kon op tijd bukken. De spi blijft zelfs gewoon goed en vol staan. Wat gaan we doen. Ik zou nog meer moeten oploeven om de gate te kunnen halen. Hoe corrigeren we deze fout. Met dit onervaren team is er niet meteen een correctieplan voorhanden. Ik denk en overleg met Stef. “Lukt het Bart en JP om de Spi alsnog goed te laten gijpen, kunnen we snel terug gijpen, kunnen we gewoon zo doorvaren?”. Ik kier ervoor om eerst rustig door te varen. Als we nog ietsje oploeven dan kunnen we wellicht de gate net halen.
Ik vergis me, ik keek naar de verkeerde boei. Het is niet de gate maar de finish boei. De gate ligt zeker 100 meter hoger in de wind. Dat gaan we niet redden zonder volledige gijp. En, daar heb ik nu geen vertrouwen in. Ik besluit om het grootzeil terug te gijpen en dan de Spi te bergen zoals van tevoren besproken. Geen risico nemen.
We gijpen terug. Trekken de fok uit en ik geef het commando om de Spi te laten zakken en om te ruimen. Dit gaat niet lekker. De spi komt niet naar beneden. Het probleem wordt redelijk snel opgelost. We bergen de spi, loeven op en varen met halve wind naar de gate. We hebben veel te veel tijd verloren. We varen nog twee rakken en finishen als laatste.
We houden een korte evaluatie, eten, drinken ontspannen en ik vervang de licht weer spi voor de medium spi. Er is een grote kans is dat we in de volgende wedstrijd, om de gate te kunnen halen, weer met de spi moeten gijpen. We beluiten nu vooraf om dat niet te gaan doen. We besluiten om zo lang mogelijk over bakboord door te varen, ruimen dan eerst de spi, gijpen en varen naar de gate. Geen strategie om te winnen maar wel een met weinig risico.
We hebben weer een prima start. Zodra we in de vuile wind komen kunnen we snel weg draaien. Hierbij ben ik iets te enthousiast en draai wel heel erg dicht achter de Black Pearl. Mijn excuses hiervoor.
In het spi rak wordt de spi goed gehesen. Bart en Stef stellen vol goede moed voor om toch met spi te gijpen. Ik blijf echter bij het besluit om dit niet te doen. We varen door en ruimen de spi.
Helaas gaat dit weer fout. Het samenspel tussen mastman, voordekker en achterdekkers verloopt niet goed. Schoten worden niet goed gevierd, de val wordt niet neer gelaten en de Spi vult zich weer in een windstoot. Bart kan de lazy guy niet houden en de schoot met guy worden door de blokken gerukt en vliegen ver buiten ons bereik. Ik probeer de wilt wapperende Spi in de windschaduw van het grootzeil te krijgen. De grote Spi van 90 m2 blijft echter buiten ons bereik. Ik roep dat ze de loefschoten nog kunnen pakken, maar op een of andere manier schiet de shackle los. En net als in november hebben we weer een grote los wapperende vlag in de top van onze mast. Gelukkig staat er nu minder wind. We laten de Spi iets zakken totdat ze in het water hangt. Loeven op met de hoop dat, in de wind, de spi op of naast de boot komt te hangen. Helaas waait ze weer helemaal uit het water en vliegt weer buiten ons bereik. Het scheelde niet veel. We hadden haar bijna. Ik val weer af en we laten haar nog verder in het water zakken. Oploeven en met de pikhaak kan Stef de schoten binnen halen. De kletsnatte spi wordt door het voorluik gepropt.
Het gehele drama heeft veel te lang geduurd. Ik besluit om het spi-en maar voor gezien te laten. We ruimen alles op. Ik vind het wel welletjes. ORC up and down is voor het kernteam al een grote uitdaging. Met dit gehavende team is het eigenlijk geen doen. Wat mij betreft stappen we uit de wedstrijd en gaan we gewoon lekker zeilen. Ik wil de andere deelnemers niet in de weg zitten. Het team is het met mij eens, ze stellen echter voor om wel gewoon te gaan varen. Gewoon melkmeisje of fok uitbomen. Ik vind dit ook prima zolang we maar niemand in de weg zitten.
We hebben weer een prima start. We varen zelfs enkele behoorlijke rakken en eindigen zonder spi niet eens zo heel ver achter de andere deelnemers.
De vierde start loopt net wat minder goed, we varen echter wel een prima rak. Ook deze wedstrijd finishen we als laatste maar nog steeds redelijk in de buurt van enkele andere achterliggers.
Het was weer een mooie, gezellige en heerlijke zeildag. De wedstrijd was zwaar teleurstellend. We ruimen alles snel op, drinken een biertje met een bitterbal en stappen weer in de auto terug naar Utrecht. In de auto is het weer erg gezellig, de wereld problematiek, het milieu, de verkiezingen en het belang van kunst en cultuur wordt besproken. Eigenlijk zouden we gewoon vaker gewoon met ons allen naar het cafe moeten gaan.